Preventieve zorg

In het Dier en Zorg Plan staat de gezondheid van je huisdier centraal. Door je hond en/of kat goede preventieve zorg te bieden voorkom je dat ze ziek worden. Je houdt parasieten buiten de deur, beschermt je huisdier tegen besmettelijke dierziekten en door de gezondheidscontroles bespaar je niet alleen geld maar mogelijk ook leed bij je huisdier. Voorkomen is immers beter dan genezen.

Met een vast bedrag per maand ontvangt je huisdier de beste preventieve zorg en daarnaast bespaar je ook nog eens veel geld op dierenartskosten.

Met het Dier en Zorg Plan word je volledig ontzorgd. De automatische herinneringen zorgen ervoor dat je huisdier op het juiste moment de beste preventieve zorg krijgt.

Lees meer over het Dier en Zorg Plan

Vlooien. Alleen van het woord krijgt u misschien al jeuk. Kunt u zich voorstellen hoe uw hond zich moet voelen als hij daadwerkelijk vlooien heeft? Voor de gezondheid van uw dier, maar ook voor uw eigen gezondheid, is het belangrijk om snel van vlooien af te zijn. Want naast dat vlooien vervelend zijn voor uw huisdier, kunnen zij ook lintwormen overbrengen en kan uw huisdier allergisch zijn voor vlooienbeten.

Wormen zijn parasieten die op verschillende plaatsen in het lichaam van het dier kunnen leven. Honden en katten kunnen op elke leeftijd besmet raken, zelfs met wormen die een risico kunnen vormen voor de mens. Enkele belangrijke wormsoorten zijn: spoel-, haak- en lintwormen, waarvan de volwassen wormen leven in de dunne darm. Longwormen in de longen en de Franse hartworm, waarvan de volwassen wormen leven in een bloedvat vlakbij het hart.

Opname van eitjes en larven na grondcontact, het opnemen van besmette ontlasting, het jagen op en opeten van knaagdieren en contact met rauw vlees of karkassen, zijn de meest voorkomende manieren om besmet te raken met wormen. Drachtige teven kunnen hun pups in de baarmoeder besmetten en na de geboorte via de moedermelk. Poezen kunnen hun kittens alleen via de moedermelk besmetten. Pups moeten daarom al vanaf twee weken en kittens vanaf drie weken leeftijd ontwormd worden.

De gevolgen van een besmetting hangen ondermeer af van de wormsoort. Risico op besmetting kan verminderd worden door preventie en bestrijding van wormen bij uw huisdier. Overleg met uw dierenarts over ontlastingsonderzoek, ontwormingsmiddelen en -schema).

Om de omgevingsbesmetting met eitjes en larven te verminderen is het belangrijk om de ontlasting van uw huisdier altijd op te ruimen en op verantwoorde wijze af te voeren (niet in de groenbak). Meestal worden wormen goed verdragen door de hond en de kat, tenzij er sprake is van een zware besmetting en indien deze aanwezig is bij jonge dieren. Er bestaat echter een constant gevaar op het importeren van nieuwe worminfecties uit het buitenland. Overleg tijdig met ons indien uw huisdier mee gaat naar het buitenland. Daarmee voorkomt men dat er exotische wormen worden meegenomen naar huis. Neem contact op met uw dierenarts bij een mogelijke wormbesmetting bij uw huisdier.

Symptomen zijn o.a. conditieverlies, Bewusteloosheid, gewichtsverlies, jeuk aan de anus, diarree en luchtwegproblemen. Bij pups en kittens kan een zware worminfectie leiden tot darmproblemen met mogelijk levensbedreigende gevolgen. Kijk voor meer informatie op www.esccap.eu.